De reünie

API key not valid. Please pass a valid API key.

Afgelopen weekend ben ik naar een reünie geweest van mijn middelbare school, het Christelijk Lyceum Almelo, nu het Noordik geheten. Deze school bestaat 100 jaar. Dat is best lang… En dat mocht gevierd. Het was al twee keer uitgesteld vanwege corona, maar nu ging het zowaar door. Bizarre ervaring om weer dat gebouw binnen te stappen, de kantine-ruimte in, die vol mensen stond. Ken ik jou? Wie ben jij? Is dat een docent of een leerling? Van mijn ‘jaar’ waren er een stuk of 15 à 20 mensen, HAVO en VWO. Met een aantal heb ik jaren in de klas gezeten. En hoe bizar is het dat 30 jaar opeens wegvalt en er meteen herkenning is en verhalen en herinneringen. Het deed me eens te meer beseffen hoe vormend en belangrijk die jaren zijn op je middelbare school. Wie we nu geworden zijn, verschilde niet eens zo heel erg veel van hoe we elkaar destijds hebben uitgezwaaid. Ja natuurlijk, we zijn allemaal een leven verder. Maar in allemaal zit ook nog steeds die jongen, dat meisje van toen.

Tijdens die reünie konden we ook nog een les volgens van een oud-docent. Matthijs en ik zijn naar maatschappijleer gegaan. De docent van 30 jaar geleden was onmiddellijk herkenbaar (hij was toen eind 20). En onder zijn leiding ontstond er een heel boeiend gesprek naar aanleiding van het boek ‘de meeste mensen deugen’. Hoewel we de neiging hebben om deze uitspraak de laatste tijd meer en meer in twijfel te trekken, is de consensus eigenlijk dat dit nog wél klopt. De meeste mensen deugen. Nog steeds is de mens intuïtief meer genegen de ander te helpen dan een ander te laten stikken. Het was een heel inspirerend gesprek. En ik kon alleen maar denken naderhand: ik gun elke opgroeiende puber een docent als deze: uitnodigend, licht sturend, inspirerend, en ontzettend actueel.

Het heeft nog lang nagezinderd, deze reünie en alle indrukken die ik heb opgedaan. Zo gek dat het zo snel weer vertrouwd voelt met een aantal mensen, die ik toch echt al jaren niet gezien heb. Ik blijf me verwonderen over zoiets. En over dat de mensen deugen, de meesten dan. Dat ook. Daar houd ik me aan vast. Dat heb ik namelijk op school geleerd.

Komende zondag gaan we eens kijken naar en horen over een ander groot talent van Rembrandt, namelijk zijn etsen. En bovenstaande ets zal centraal staan in de viering. Deze is uit 1637. Er zijn er die beweren dat dit Abraham met Izaäk zijn, maar er is ook lang aangenomen dat dit Jacob met Benjamin zijn. En uiteindelijk zou je zelfs kunnen zeggen: hoeveel doet dat ertoe, het is in ieder geval een prachtig plaatje van een vader die zijn zoon liefkoost. Ik kies deze zondag voor Jacob en Benjamin, vooral ook omdat het verhaal zo aangrijpend is. We zijn inmiddels bij de tweede Amsterdamse periode van Rembrandt aanbelandt, en op dat moment gebeurde er veel in zijn leven. Veel moois, maar ook een aantal heel tragische gebeurtenissen.

Ik hoop u zondag weer te zien.

Reacties zijn gesloten.